Hoe Dominique haar kinderwens na een lang en moeilijk traject in vervulling ging

24 mrt 2021

Zwanger worden, vaak een evidentie. Toch? En als het niet lijkt te lukken, kunnen we vertrouwen op de fantastische technieken van onze medische wereld. De wereld van de fertiliteitsbehandelingen. Een wereld die, ondanks haar fantastische resultaten, ook erg hard en eenzaam kan zijn. Lees verder als je meer wilt weten over hoe Dominique dit heeft ervaren.

Dominique heeft al een tijdje een erg gelukkige relatie met de man van haar leven. Samen hebben ze een kinderwens en ze besluiten om hier helemaal voor te gaan. Al snel blijkt dat zwanger worden niet zo simpel ligt bij hen. Ze ondergaan heel wat ingrepen om uiteindelijk 2 prachtige meisjes in hun gezin te mogen verwelkomen. Dit traject was alles behalve eenvoudig.
Een eerlijk verhaal over hoe ouderschap er ook kan uitzien.

Een kinderwens

Mijn man en ik zijn al heel lang samen. Kinderen krijgen leek altijd een evidentie. Iets dat sowieso zou gaan gebeuren.

Op mijn 20e ontdekte ik dat ik een gynaecologische aandoening heb (endometriose), wat zwanger worden wel eens zou kunnen bemoeilijken. Ik werd geopereerd en alles werd onder controle gehouden. Jaren later besloten we vol goede moed om te starten met proberen. Aangezien ik van nature nogal een piekeraar ben liet het me niet helemaal los. De gynaecoloog had aangegeven dat er wel een kans was “dat het snel prijs zou zijn”. Dan konden de cystes niet te fel terug groeien. Dus met elke maand die verstreek, verdween ook daarom wel de moed.

Na 8 maanden bleek echter dat snel zwanger worden er niet in zat. Er volgden talloze onderzoeken, 2 nieuwe operaties en uiteindelijk een doorverwijzing naar fertiliteitskliniek Life in Leuven. Mijn partner ik hebben gelukkig een hele open relatie en hadden het daarom erg vaak over deze wending. Hij ging hier heel goed mee om, al had hij het natuurlijk ook graag anders gezien. Ik heb lang het gevoel gehad dat het “mijn schuld” was omdat het probleem bij mij lag. Het ging immers over mijn lichaam. Gelukkig is mijn partner altijd heel begripvol geweest hiervoor. Dat is de meest rustige, rationele, zachte man die er bestaat, want ik denk dat we over dit thema miljoenen gesprekken hebben gevoerd.

Na 8 maanden bleek echter dat snel zwanger worden er niet in zat.

De wondere wereld van de fertiliteit

IVF werd al snel ICSI. Bij IVF gebeurt het proces nog net een beetje natuurlijk. Ze brengen een aantal zaadcellen in in de buurt van de eicel en de sterkste baant zich dan een weg naar de eicel. Bij ICSI gaan ze zelf de sterkste zaadcellen selecteren en deze rechtstreeks inbrengen in de eicel. Zo verhoogt de kans op een bevruchting. Deze beslissing werd genomen nadat er bij de eerste pick up (met overstimulatie) van de 22 eicellen, maar 4 rijp bleken te zijn. Dit was op dat moment een hele grote teleurstelling. Het duurde in totaal nog 3 jaar vooraleer ik zwanger werd.

Het proces verliep zeer moeizaam. Ik reageerde vreemd op de hormonen waardoor ik heel veel bijwerkingen kreeg. Weken kon ik bijvoorbeeld niet liggend slapen door het vocht in mijn buik/borst door de stimulatie. Zo ongeveer alles wat fout kon lopen, liep ook fout. Ik schommelde oa  tussen overstimulatie en onderstimulatie waardoor terugplaatsingen werden uitgesteld. Het voelde telkens opnieuw alsof mijn lichaam mij in de steek liet. Dit is heel moeilijk geweest en ik ben ook een tijdje naar een psychologe geweest. Ik heb gelukkig een ruim sociaal netwerk met heel wat vrienden die steunend waren. Er waren zeker enkele vriendinnen die ik altijd en overal kon opbellen. Ze volgden mijn cyclussen en leefden ook echt mee, voelden ook mee de teleurstelling. Ook mijn ouders, zij hebben zelf geen evident parcours gehad naar kinderen, dus met mijn moeder kon ik hier ook heel goed over praten. Toch bleef het heel vaak een heel eenzaam proces. Iedereen doet zijn best, maar niemand kan het écht begrijpen.

Na uren wachten kwam de spoedarts me daar vertellen dat ik zwanger was, maar zeker nog niet te enthousiast mocht zijn.

Na 3 jaar begonnen we ook na te denken over adoptie. Het was al vaker ter sprake gekomen, maar we bleven het altijd wat voor ons uit schuiven. Ook dat is geen evident proces, dus we keken er wat bang naar. Net voordat we onze adoptieplannen concreet konden maken onderging ik nog een terugplaatsing van 2 embryo’s.

10 dagen na de terugplaatsing ging ik naar de huisarts omdat ik me heel slecht voelde. Ik had vreselijke pijn, kon amper eten binnen houden… Deze stuurde me naar spoed omdat hij dacht dat er iets met mijn maag was. Na uren wachten kwam de spoedarts me daar vertellen dat ik zwanger was, maar zeker nog niet te enthousiast mocht zijn. Er was ongeloof, bij ons allebei. Ik was op dat moment echt heel ziek (maar had geen typische zwangerschapssymptomen) dus het voelde allemaal heel surreëel. Op weg naar huis heb ik voortdurend zitten wisselen tussen lachen en huilen.

De maandag daarop ging ik naar mijn fertiliteitsarts en die bevestigde mijn zwangerschap. Ik werd goed opgevolgd omdat mijn bloedwaarden soms afwijkend waren. Ook had ik opnieuw heel veel vocht in mijn buikholte (ik leek op dat moment 6 maanden zwanger).

Een tweeling

Als bij wonder evolueerde mijn zwangerschap positief. Op de eerste echo bleken er zelfs niet één, maar twee embryo’s zich genesteld te hebben. We konden ons geluk niet op! We wilden allebei altijd al twee kinderen en ik denk dat we allebei aanvoelden dat we dit niet nog eens gingen doorstaan. Op deze manier werd onze droom toch werkelijkheid. De heftigheid van een tweeling opvoeden speelde soms wel eens in ons hoofd, maar dat namen we er graag bij.

Ik ben gedurende de hele zwangerschap altijd waakzaam en ongerust gebleven. Op 8weken zwangerschap had ik een héél klein beetje bloedverlies en heb ik in paniek heel het ziekenhuis in rep en roer gezet . Om maar te zeggen dat de angst bleef.

Naar het einde van het eerste trimester toe zakte die angst wel. Je denkt dan dat je safe zit. Toch bleef ik bij elke echo heel erg zenuwachtig. 

Op ruim 23weken zwangerschap kreeg ik op mijn werk plots enorme bloedingen. Een overlevingsdrang nam het bij mij over. Emoties kwamen er niet bij te pas. Ik probeerde gewoon goed te handelen. We haasten ons opnieuw naar het ziekenhuis in Leuven. De bloedingen waren immens, waardoor iedereen het ergste vreesde. Maar op de echo waren er 2 sterke hartslagen te horen. We begonnen allebei te wenen. De rest van die dag is een waas…

Na 2 dagen (en non-stop bloedingen) werd ik overgebracht naar UZ gasthuisberg. De kans was groot dat onze tweeling al zou worden geboren. Vanaf 24weken zijn kindjes levensvatbaar. Deze gespecialiseerde neonatale zorgen kunnen ze niet overal bieden, maar daar dus wel. Ik voelde me alsof ik faalde als mama. Alsof je kinderen zouden sterven omdat jouw lichaam het niet aankan.

Daar lag ik een aantal dagen in het verloskwartier, ik weet zelf niet meer hoeveel precies. Continu dokters standby om in te grijpen. Ik verloor liters bloed, maar de dokters deden er alles aan om de 24weken grens te halen. Ondertussen werd er longrijping gegeven en werden er gesprekken gevoerd met neonatologen over mogelijke handicaps bij de kindjes als ze zo vroeg zouden komen, over kiezen tussen alles op alles zetten, of gaan voor comfortcare. Dat is kiezen tussen je kinderen hun leven of dat van jezelf… Vreselijke gesprekken, die ik niemand toewens. Het voelde voor mij op dat moment alsof mijn wereld instortte. Hier hadden we zo  voor gevochten en misschien zou het hier wel stoppen. We hebben allebei zo veel gehuild die dagen. Ik ben nogal emotioneel, maar mijn partner eigenlijk helemaal niet. Dit was nog het moeilijkste om te zien, zijn verdriet en dat van mijn ouders die ook héél veel op bezoek kwamen.

Uiteindelijk besloten we om ervoor te gaan. Om alles op alles te zetten. Misschien werden ze geboren op 24 weken, misschien zouden ze niet levensvatbaar zijn, misschien hadden ze een zware handicap, misschien waren ze “maar” blind of doof of matig verstandelijk gehandicapt… Er waren zoveel onzeker factoren en niemand wist hoe het écht ging zijn. Wij besloten dat we niet gingen kunnen leven met het idee het niet te weten. We wilden ze op zijn minst de kans gunnen…

Tekening: K. Beckers, 5 jaar

Een ziekenhuisopname van 10 weken

Op 24weken, als bij wonder, stopten de bloedingen. Ik werd van het verloskwartier overgebracht naar de gynaecologische afdeling. Daar heb ik een hele lange tijd gelegen. Af en toe werd er gezegd dat ik misschien naar huis zou mogen, maar dit gebeurde nooit. Uiteindelijk heb ik 10 weken in het ziekenhuis gelegen. De dagen waren super saai. Elke dag is hetzelfde. Maar op een bepaald moment pas je je aan en schakel je een deel uit. Ik kreeg gelukkig heel veel bezoek van familie en vrienden. Ik was vanbinnen heel onrustig. Mijn hoofd was constant in de weer met het uitdenken van doemscenario’s. Ik durfde ook echt nog niet op een goede afloop hopen.

Verschillende gesprekken met neonatologen gingen voorbij. “Wat zijn de risico’s vanaf 26, 28,30 weken”. De kansen werden er steeds beter op. Er was wel wat groeiachterstand, dus het bleef afwachten wanneer het beter werd om de meisjes te halen.

Al die tijd was ik vrij stabiel gebleven. Maar op een dag waren er terug bloedingen en ging ook de hartslag van 1 kindje heel fel naar beneden. Uiteindelijk werd het een spoedkeizersnede, waarbij je door lopende, schreeuwende verpleegsters naar het verloskwartier wordt gebracht. Ik herinner me het moment dat de verpleegsters door de gang schreeuwden “haal de lift!” terwijl ze lopend vertrokken met het bed.


Welkom, piepkleine meisjes

Uiteindelijk beviel ik op 8/01/2019 na 33weken en 1dag zwangerschap van 2 meisjes. 1,620kg en 1,460kg, 43 en 42 cm groot. Ze werden overgebracht naar de NICU, waar ik ze uiteindelijk voor het eerst mocht vasthouden. Ik voelde meteen de liefde voor mijn dochters.

Ze lagen uiteindelijk nog 5 weken op neonato. Eerst op de NICU, maar na een dikke 2 weken op de gewone afdeling. We gingen elke dag langs, uren heb ik daar gezeten.

Het leven op de NICU is en blijft klinisch, maar elke verpleegster doet zo haar best om het warm te maken en je een goed gevoel te geven als ouders. Je voelt ook echt de warmte die zij voelen voor jouw kind en dat helpt om je kleintjes achter te laten. Al was dat altijd met een klein hartje. Vaak vloeiden er traantjes onderweg naar huis. Ik trok non-stop foto’s en als ik dan thuis was bekeek ik ze heel veel. Als het gemis te erg werd of de onrust te groot heb ik een paar keer gebeld naar de NICU om even te bevragen hoe het daar ging.
De meisjes deden het fantastisch. Ondanks alles wat ze al hadden meegemaakt gingen er nooit alarmpjes af, waren al hun hersenecho’s goed, dronken ze af en toe eens een flesje, kwamen ze goed bij. Op 8 februari mochten ze mee naar huis.

Het leven op de NICU is en blijft klinisch, maar elke verpleegster doet zo haar best om het warm te maken en je een goed gevoel te geven als ouders.

Vandaag zijn ze 2 jaar. Ze zijn nog altijd wat kleiner en fijner dan gemiddeld, maar ze zijn perfect! Ze hebben geen handicaps, geen achterstand, ze praten honderduit. Het zijn heerlijke, koppige en bijzonder pittige tweejarige, maar blijkbaar is dat een ding bij prematuurtjes.

Bij mij heeft het toch een tijdje geduurd vooraleer ik het geen gebeurd was een plek kon geven. Het is echt een trauma geweest. Ik heb lang gehad dat de geur van de zeep in het ziekenhuis flashbacks teweegbrachten. Nu gaat het goed. Ik ben recent van werk veranderd en merk dat ik nu echt rust heb gevonden. Het voelt alsof ik een kwetsbaar deel van mezelf heb achtergelaten. Ik besef dat dit alles altijd een deel van mezelf zal blijven. Ik heb het nog vaak lastig met zwangerschapsaankondigingen of mensen die een beetje klagen over hoe lastig zwangerschappen of baby’s soms zijn.