Heb jij al wel eens een paniekaanval gehad? Het gevoel dat de grond van onder je voeten zal verdwijnen en je alle controle totaal kwijt bent? Stel dat dit gebeurt als je ook nog 2 jonge kindjes bij je hebt. Stel je voor dat paniek en stress veel voorkomt in je (pril) ouderschap. Wat dan? Kan je dan die ouderrol nog wel op je blijven nemen? En hoe dan? Lees zeker het verhaal van Wendy waarin ze vertelt hoe ze last kreeg van paniekaanvallen na haar bevalling en hoe ze daarmee is omgegaan.
Wendy is mama van 2 kleine jongetjes. Ze ervaart nog elke dag dat het ouderschap geen lachertje is. Soms zijn er dagen om in te kaderen en op andere momenten wil je ze toch wel eens achter het behang plakken. Voor Wendy was het prille ouderschap niet zo eenvoudig. Sinds de bevalling van haar eerste kindje kreeg ze last van paniekaanvallen, deze werden erger nadat ze voor de tweede keer mama werd. Ze voelde zich heel onzeker in haar nieuwe rol. De vele adviezen die ze kreeg en de mooie plaatsje op sociale media hielpen haar niet. Ze zocht hulp en groeide uit tot een moeder die leerde hoe je na het vallen ook weer terug kan opstaan. Ze leerde aanvaarden dat vallen erbij hoort en dat daar niets mis mee is. Een eerlijk verhaal over hoe ouderschap er ook kan uitzien.
Hoe de paniek eruit zag
Gijs, enkele weken oud, lag bij me te slapen op de zetel. Ik voelde een scheur in mijn hoofd, mijn hartslag ging omhoog, ik kreeg geen adem meer… Ik ging doodvallen en was alleen thuis met mijn baby. Er was niemand in de buurt om Gijs op te vangen. Pas veel later besefte ik dat dit mijn eerste paniekaanval was.
Ik ging midden in het bos doodvallen. Ik dacht aan mijn jongens die alleen in het bos zouden achterblijven.
De paniekaanvallen kwamen geregeld terug, ik voelde een continue druk op mijn borst. Het werd erger nadat ik 1,5 jaar later opnieuw mama werd van Simon. Beide jongens huilden veel, sliepen weinig overdag, konden niet stilzitten en ook de nachten waren heel kort en onderbroken. Ik ben van nature altijd vrij onzeker geweest en het moederschap heeft deze onzekerheid verder versterkt. Ik kon niet begrijpen waarom ze zoveel huilden. Wat deed ik verkeerd? Ik voelde me geen goede moeder. Ik durfde geen hulp vragen, omdat anderen misschien zouden denken dat ik het niet aankon. Ik huilde samen met de jongens. Ik las veel tips en informatie hoe ik de jongens langer en beter kon laten slapen. We stelden een strak avondritueel op, om vooral de nachten beter door te komen. Ik las over groeispurtjes, maar het lukt me niet om dit toe te passen op mijn zoontjes. Zowel Gijs als Simon zaten precies in één lange groeispurt. Ik ging met beiden naar een osteopaat, ging raad vragen bij de opvoedingswinkel. Familieleden en andere moeders deelden hun tips en goedbedoelde adviezen. Helaas kwam ik hierdoor terecht in een negatieve spiraal… In mijn ogen leek iedereen te weten wat te doen. Hun kinderen sliepen immers al na 3 maanden door. Terwijl ik steeds meer aan het meehuilen was wanneer de jongens ’s nachts weer eens niet wilde slapen. Ik ploeterde en zonk steeds verder weg. De donkere wolken/gedachten in mijn hoofd kwamen vaker en vaker…
Op een druilerige winterdag was Gijs 3 jaar, Simon was er 1,5. Ik was met de jongens gaan wandelen in het bos, een frisse neus halen. Een nieuwe paniekaanval overviel me. Ik ging midden in het bos doodvallen. Ik dacht aan mijn jongens die alleen in het bos zouden achterblijven. Ik kon niet meer ademen, was aan het hyperventileren en zweten. Het werd zwart voor mijn ogen. Ik ging dood.
Er is professionele hulp nodig
Dit was voor mij de druppel. Ik kon niet meer en had hulp nodig. Via de huisarts werd ik doorverwezen naar een psychologe. Ik weet nog dat ik me enorm schaamde. Ik voelde me schuldig om mijn gedachten. Ik had immers geen reden om ongelukkig te zijn. Ik was gezegend met een lieve man, een mooi huis, toffe baan en 2 prachtige zonen. Het gebrek aan slaap en huilbuien horen nu eenmaal bij baby’s. Ik voelde me schuldig dat ik het moederschap niet aankon. Ik voelde me schuldig ten opzichte van mijn zoontjes. Mijn lieve man probeerde me te helpen door te zeggen dat ik het allemaal wat meer moest loslaten en dat ik inderdaad geen reden had om me slecht te voelen. Ik wilde me niet slecht voelen en probeerde allerhande manier om negatieve gedachten uit mijn hoofd te bannen. Helaas hielp het ontwijken van deze gedachten maar heel even. Daarna kwamen ze eens zo hard terug.
Na veel therapiesessies en het gebruik van antidepressiva, kon ik geleidelijk aan leren omgaan met mijn donkere wolken. Ik heb geleerd dat ik mijn gedachten niet kan bepalen. Gedachten en gevoelens zijn er, ze komen en gaan. Door ze te aanvaarden en er even afstand van te nemen, kon ik er beter mee omgaan. Ik heb geleerd dat het ok is om als mama tijd voor jezelf te nemen. Het is ok om het niet altijd te weten en hier ook voor uit te komen. Het is ok om hulp te vragen wanneer het niet lukt.
De donkere wolken komen nog steeds hoor, al geniet ik ook van de zon.
Uiteindelijk werd ik innerlijk sterker en voelde ik me een betere moeder. De donkere wolken komen nog steeds hoor, al geniet ik ook van de zon. Ik heb me ook meer laten omringen met gelijkgestemde moeders. Vrouwen die er ook vooruit durven komen dat het allemaal niet altijd van een leien dakje loopt. Hierdoor voel ik me meer gesteund. Dit in tegenstelling tot de gelukkige plaatjes op sociale media. Waar ik ook veel hulp aan heb is een dagboekje. Hierin schrijf ik zowel successen, moeilijkheden, opvattingen en twijfels. Ik geloof graag dat deze aantekeningen later mijn zonen kunnen helpen bij de opvoeding van hun kinderen. Ik wil ze laten zien dat niemand hét juiste doet. Er bestaat immers niet zoiets als hét juiste. Zeker bij de opvoeding van onze kinderen kunnen we enkel proberen om het beste te doen en aanvaarden dat vallen en opstaan enorm belangrijk zijn.